2. Het college draagt er zorg voor, dat de registratie en de ontwikkeling van de bezittingen en het
vermogen van de gemeente systematisch worden gecontroleerd, met dien verstande dat de
waardepapieren, de voorraden, de uitstaande leningen, de (debiteuren-)vorderingen, de
liquiditeiten, de opgenomen leningen en de (crediteuren-)schulden jaarlijks worden gecontroleerd
en registergoederen en bedrijfsmiddelen tenminste eenmaal in de 3 jaar.
3. Bij afwijkingen in de registratie van bezittingen neemt het college maatregelen voor herstel van
de tekortkomingen. De resultaten van de controle en eventuele plannen van verbetering worden ter
kennisgeving aan de raad aangeboden.
Hoofdstuk 3. Paragrafen
Artikel 16. Lokale heffingen
1. Het college gaat jaarlijks in de begroting in op de lokale heffingen. Hierbij behandelt het college
in ieder geval:
- de samenstelling van het pakket aan gemeentelijke belastingen en heffingen;
- de verdeling van de druk van de belastingen over de diverse bevolkingsgroepen en
belanghebbenden;
- de kostendekkendheid van de heffingen;
- de druk van de lokale belastingen en heffingen;
- het kwijtscheldingsbeleid en het tarievenbeleid.
2. De uiteenzetting bevat voorts een overzicht van de verordeningen met de bijbehorende
vaststellingsdata waarin tarieven, heffingen en prijzen zijn vastgelegd. Het college draagt er zorg
voor dat er een actueel overzicht is van de tarieven, heffingen, prijzen en kosten per verstrekte
dienst.
3. Voor het vaststellen van de hoogte van gemeentelijke tarieven, heffingen en prijzen door de raad
verstrekt het college aan de raad per verordening de actueel geraamde hoeveelheden per door de
gemeente verstrekte dienst, waarover de tarieven, heffingen en prijzen in rekening worden
gebracht en per verordening het totaal van de geraamde kosten van de erin genoemde door de
gemeente verstrekte diensten.
4. Bij de begroting en jaarstukken doet het college in de paragraaf lokale heffingen verslag van: de
opbrengsten per lokale heffing; het volume en bedrag aan kwijtscheldingen; de kostendekkendheid
van de rioolrechten en de afvalstoffenheffing; de (ontwikkeling van de) lokale lastendruk voor
eenpersoonshuishoudingen, meerpersoonshuishoudingen en bedrijven.
Artikel 17. Weerstandsvermogen en risicomanagement
1. Het college gaat jaarlijks in op het weerstandsvermogen en het risicomanagement. Hierbij
komen aan de orde het opvangen van risico's door verzekeringen, voorzieningen, het
weerstandsvermogen of anderszins. Tevens wordt dan de gewenste weerstandscapaciteit
bepaald.
2. Het college geeft aan in de paragraaf weerstandsvermogen van de begroting en van de
jaarstukken de risico's van materieel belang en een inschatting van de kans dat deze risico's zich
voordoen. Het college brengt hierbij in elk geval de risico's in beeld en actualiseert de risico's.
3. Het college geeft aan in de paragraaf weerstandsvermogen van de begroting en van de
jaarstukken de weerstandscapaciteit en in hoeverre schade en verliezen als gevolg van de risico's
van materieel belang met de weerstandscapaciteit kunnen worden opgevangen.
Artikel 18. Onderhoud kapitaalgoederen
1. Het college biedt tenminste eens in de vier jaar een nota onderhoud openbare ruimte aan. De
nota geeft het kader weer voor de inrichting van het onderhoud en het beoogde onderhoudsniveau
voor het openbaar groen, water, wegen, kunstwerken en straatmeubilair en eveneens het
meerjarig budgettair beslag. De raad stelt de nota vast binnen 2 maanden nadat de nota is
aangeboden.