\(UcC^r^>
3. het vergroten van het oude toiletgebouw annex berging
Dit toiletgebouwtje valt in het nieuwe bestemmingsplan onder het overgangsrecht.
Het heeft geen zin een gebouwtje (groter) te bestemmen waarvan het gebruik niet meer relevant is en
een nieuw gebruik niet is aangegeven.
4. Het verharden van het schelpenpad door doorgroeistenen.
Schelpenpaden worden gezien als onverharde wegen. Het is met een aanlegvergunning mogelijk
doorgroeistenen aan te leggen.
Hierin wordt dus voorzien in het bestemmingsplan
5. Naar aanleiding van de hoorzitting
het scheppen van toekomstmogelijkheden door een vergroting van 20% toe te staan in het kader van de
seizoensverlenging (c.v.) en aanpassingen als ruimte voor wasmachine, droger en een gescheiden
douche en toiletruimte.
In het kader van het gelijkheidsbeginsel kan meegewerkt worden aan deze vergroting. Daarbij wordt
ook gewezen naar de grootte van de eiland-lodges bij het kampeerterrein.
Als wordt toegestaan dat 20% wordt bijgebouwd kan niet van de aanvrager worden geëist dat men één
bepaalde kant uitbouwt. In verband met de vrije indeelbaarheid van een woning moet ook bij
verbouwing de vrijheid aan de eigenaar worden gelaten zelf te mogen mogen hoe de woning wordt
verbouwd.
Bepaalde woningen zullen wel, zonder dichter naar de buren te komen, kunnen uitbreiden met
rendement en anderen niet.
De vraag overeind of meegewerkt moet worden aan een luxer maken van de woning, wat de
verhuurprijs hoogstwaarschijnlijk zal beïnvloeden.
Een verwijzing op grond van het gelijkheidsbeginsel naar de mogelijke bouw van eiland-lodges is niet
aan de orde. Pas bij een bestemmingsplan-procedure worden hiervoor voorschriften vastgesteld. De
grootte en de mogelijkheden van de eilandlodges worden op zich zelf bekeken en kunnen nu niet als
vergelijk dienen voor de voormalige tenthuisjes in Duinkersoord.