4
Op bladzijde 36 staat dat de voorzitter altijd heeft gezegd dat de huurprijzen op Vlieland altijd vrij laag
geweest zijn. Uit dit kolommetje blijkt echter dat de huurwoningen op Vlieland beduidend duurder zijn dan
de huurwoningen in de rest van Friesland.
Vervolgens zegt de heer Gieles dat zijn fraktie er wel vertrouwen in heeft dat er een goede weg is
ingeslagen met het woningbedrijf.
Naar aanleiding van bladzijde 48 vraagt de heer Gieles wat wordt bedoeld met de lokaties die nog in
particulier bezit zijn.
Naar aanleiding van bladzijde 49 wijst de heer Gieles op de stelling: "de gemeente zal hierin een
voorbeeldfunctie vervullen" en zegt dat zijn fractie dit onderschrijft.
Naar aanleiding van bladzijde 50 zegt de heer Gieles dat zijn fractie al jaren van mening is dat, ondanks
dat dit ontzettend moeilijk is gezien het hoge prijspijl, de gemeente zou moeten proberen om, als er iets
vrij komt op de woningmarkt, dit te verwerven. Men is hier niet altijd even serieus mee omgegaan en hij
denkt dat het nu te laat is.
De heer Gieles zegt graag met de hele raad eens van gedachten te willen wisselen inzake zoeklocaties.
Naar aanleiding van bladzijde 58 zegt hij dat zijn fractie nog nooit gehoord had van het plan om op de
plaats van het parkeerterrein bij de Rabobankt huizen te bouwen. Zoiets zou toch met de raad besproken
moeten worden.
Tot slot zegt de heer Gieles dat zijn fractie zich kan vinden in het aantal en soort woningen waar het over
gaat in dit plan.
De heer Veenstra zegt dat het plan er prima uit ziet. Zijn fractie is van mening dat niet elke tweede woning
tot elke prijs verworven moet worden. Ook staan zij niet te wachten op de verkoop van de duurdere
huurwoningen. Voorts zou er in de toekomst een betere controle moeten zijn op het groot onderhoud door
installatie- en schilderbedrijven.
De heer Visser zeat dat ook zijn fractie het een prima plan vindt. Een van de belangrijkste zaken vinden
zij is dat er goed gelet moet worden op wat de ontwikkelingen zijn op de woningmarkt, waar behoefte aan
is en hier snel en accuraat op in te springen.
De voorzitter zegt vervolgens dat de achterhaaldheid van het plan wel meevalt maar de ontwikkelingen
gaan snel. De woningmarkt op Vlieland is heel anders dan in de rest van Nederland en door sommige
modische termen in het rapport moet je heen kijken.
Hij zegt het eens te zijn met de heer Gieles dat nooit bewezen is dat tweede woningen minder verhuurd
worden. Voor wat betreft het aankopen van tweede woningen: er is veel aan gedaan maar dit kost
ontzettend veel geld. Ook bij het terugdringen van het aantal tweedewoningen lopen we tegen veel zaken
uit het verleden aan, zoals beleid wat gevoerd werd waar hiaten in zaten, al was het maar een maand,
maar waar we wel op afgerekend werden.
De zin betreffende het effect van de tweede woningen kan er inderdaad uit.
Het piepsysteem is een dodelijk systeem wat leidt tot geen organisatie, hier een klap en daar een spijker.
Er is een enorme stap genomen in de renovatie van de Nieuwestraat maar nog steeds (en dit heeft met
geld te maken) wordt er niet methodisch gewerkt en ook met de organisatie van de buitendienst. Er is
echter iemand op gezet om hier verbetering in te brengen.
De huurprijzen van de woningen waren in 1993 vergeleken met de rest van Nederland heel erg laag
omdat huurverhogingen gewoon niet waren doorgevoerd. Dat betekent datje elke huurverhoging die je
niet doorvoert nooit meer inhaalt. Dus lijdt je op de exploitatie van je huurwoningen enorm verlies en dit
was een aantal jaren aan de gang. Als gevolg hiervan is sindsdien de huurverhoging steeds maximaal
doorgevoerd.
Bij locaties in particulier bezit moetje denken aan de locatie van de electriciteitscentrale en de "olieboer'.
Overigens hoort ook het parkeerterrein bij de rabobank bij dit gebied.
Voor wat betreft de invulling van zoeklocaties en de ruimtelijke consequenties stelt de voorzitter voor om
hier als raad eens over te gaan praten, met als uitgangspunt het structuurplan.
Het gemeentebestuur is primair geen voorstander van de verkoop van huurwoningen omdat je dan de
toewijzing van huurwoningen en daarmee de mogelijkheid voor bepaalde mensen om op Vlieland te
wonen uit handen geeft. Overigens kan het bestuur zich wel voorstellen dat van een aantal woningen wel
kan worden overwogen deze te verkopen. Maar dit zou een beleidswijziging zijn en daartoe moet de raad
besluiten.
De heer Hoekstra vraagt naar de defensiewoningen.
De voorzitter antwoordt dat een aantal van deze woningen wel door het gemeentelijk woningbedrijf
worden gebruikt maar dat ze niet in eigendom zijn van de gemeente.
Vervolgens wordt zonder hoofdelijke stemming besloten het Woonplan met de wijzigingen die er zijn vast
te stellen.
