gemeente
De gemeenteraad van Vlieland,
Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 11 februari 2003;
Gelet op de wet dualisering gemeentebestuur d.d. 7 maart 2002
Besluitvorming
Vast te stellen de Gedragscode bestuurlijke integriteit gemeente Vlieland
1 Algemene bepalingen
1.1 Onder het college wordt verstaan: het college van burgemeester en wethouders. Onder een
bestuurder worden begrepen: de voorzitter en de leden van het college alsmede de voorzitter en de
leden van de gemeenteraad
1.2 Deze gedragscode geldt voor de voorzitter en alle leden van het college. De code wordt naar analogie
toegepast op raadsleden, indien noodzakelijk in aangepaste vorm.
1.3 In gevallen waarin de code niet voorziet of waarbij de toepassing niet eenduidig is, vindt bespreking
plaats in het college respectievelijk de gemeenteraad.
1.4 De code is openbaar en door derden te raadplegen.
1.5 De leden van het college en de leden van de raad ontvangen bij hun aantreden een exemplaar van de
code.
2 Belangenverstrengeling en aanbesteding
2.1 Een bestuurder doet opgave van zijn financiële belangen in ondernemingen en organisaties waarmee
de gemeente zakelijke betrekkingen onderhoudt. De opgave is openbaar en door derden te
raadplegen.
2.2 Bij privaat-publieke samenwerkingsrelaties voorkomt de bestuurder (de schijn van) bevoordeling in
strijd met eerlijke concurrentieverhoudingen.
2.3 Een oud-bestuurder wordt het eerste jaar na de beëindiging van zijn ambtstermijn uitgesloten van het
tegen beloning verrichten van werkzaamheden voor de gemeente.
2.4 Een bestuurder die familie- of vriendschapsbetrekkingen of anderszins persoonlijke betrekkingen
heeft met een aanbieder van diensten aan de gemeente, onthoudt zich van deelname aan de
besluitvorming over de betreffende opdracht.
2.5 Een bestuurder neemt van een aanbieder van diensten aan de gemeente geen faciliteiten of diensten
aan die zijn onafhankelijke positie ten opzichte van de aanbieder kan beïnvloeden.
3 Nevenfuncties
3.1 Een bestuurder vervult geen nevenfuncties waarbij strijdigheid is of kan zijn met het belang van de
gemeente.
3.2 Een bestuurder maakt melding van al zijn nevenfuncties waarbij tevens wordt aangegeven of de
functie wel of niet bezoldigd is.'Deze gegevens worden openbaar gemaakt.
3.3 De kosten die een bestuurder maakt in verband met een nevenfunctie uit hoofde van het ambt (q.q.-
nevenfunctie), worden vergoed door de instantie waar de nevenfunctie wordt uitgeoefend.