Raadsvergadering 31 juli 1995 Agendapunt 9 Onderwerp bezwaarschriften tegen het bekostigingsbesluit riolering zomerhuizengebied. Aan de leden van de raad van de gemeente Vlieland, Op 14 februari 1995 is door u het bekostigingsbesluit riolering zomerhuizen genomen. Over dit besluit is veel informatie opgevraagd en door ons gegeven. Desondanks zijn er na publicatie drie bezwaarschriften ingediend. Op 16 mei hebben wij de indieners van de bezwaarschriften gehoord. Het verslag van die hoorzitting is gevoegd bij de ter inzage liggende stukken. De bezwaren zijn tijdig ingediend en voldoen overigens aan de voorwaarden gesteld voor ontvankelijkheid. Wij stellen u dan ook voor de bezwaren ontvankelijk te verklaren. De bezwaarschriften inhoudelijk. De bezwaarschriften richten zich alle drie tegen de financiële gevolgen van het besluit. De daaruitvoortvloeiende lasten zullen, in combinatie met andere kostenverhogende aspec ten, voor een aantal particuliere eigenaren te hoog worden. Voor de meer op exploitatie gerichte eigenaren betekent uitvoering van het bekostigingsbesluit een hogere exploitatie last waarvan wordt gevreesd dat die niet door de markt geaccepteerd zal worden. Bovendien wordt gewezen naar; de in het verleden gehanteerde bekostigingsmethode van de aanleg van nieuwe rioleringen waarbij de aangesloten percelen niet of in veel mindere mate met een bijdrage werden belast. de hoge inkomsten die de gemeente jaarlijks van de toeristen ontvangt. In algemene zin willen wij hierover opmerken, dat het gemeentelijk beleid ten aanzien van de dekking van de kosten van nieuwe rioolaansluitingen inderdaad de laatste 20 jaar is gewijzigd. Niet alleen veranderen inzichten van het gemeentebestuur met de tijd, maar veel meer zijn de financiële mogelijkheden van de gemeente en de mogelijkheid van het verkrijgen van subsidie daarbij van belang. Duidelijk is dat de subsidie voor dit project in vergelijking met in het verleden gehanteerde subsidiepercentages erg laag is. Duidelijk is ook dat de financiële reservepositie van de gemeente nu niet toelaat dat daar een substan tiële bijdrage uit verleend kan worden. Wij achten een verwijzing naar het gelijkheids principe dan ook geheel ongegrond. Dat door de kostenomslag van de riolering in een aantal incidentele gevallen eigenaren gedwongen zullen worden het eigendom te verkopen achten wij (mede gelet op andere kostenverhogende aspecten die wel opgebracht worden) onwaarschijnlijk. Wel zou het mogelijk zijn dat door een cumulatie van kostenverhogingen een dergelijk besluit wordt genomen. Dat betekent evenwel niet dat daarmee de kostenomslag van de riolering zou moeten komen te vervallen, veeleer zou gezocht moeten worden in een verhoging van inkomsten of het accepteren van een lager rendement. Ook dit bezwaar achten wij niet gegrond.

Raadsnotulen van de Gemeente Vlieland

Raadsnotulen | 1995 | | pagina 11