Artikel 2 van de kampeerverordening zal voortaan luiden al*t\/l/
dus het voorstel van burgemeester en wethouders: M Het ver-*
strekken van nachtlogies als bedrijf, anders dan in hotels,
logementen en pensions, is verboden, tenzij met vergunning
van burgemeester en wethouders*. Deze vergunning zal alleen
worden verleend, voorzover deze bedrijven zijn gevestigd bui
ten de bebouwde kom"<.
Voor de reeds bestaande bedrijven stellen burgemeester en
wethouders voor vergunning te verlenen tot 1952 en daarna
alleen voorzover deze bedrijven in het bezit zijn van een
vergunning van de Nederlandse Kampeerraad, inhoudende dat de
bedrijven geschikt zijn voor het herbergen van kampeerders.
De heer C.P. BAKKER informeert of door de wijziging van art.
2, hierboven aangehaald, de z.&. kamerverhuurders in de kom
van het dorp hiervan geen hinder zullen ondervinden. Ook de
heer A. BOON meent dat kamferverhuur onder de gewijzigde be
palingen zal vallen. De VOORZITTER deelt niet de mening van
de beide sprekers door er op te wijzen, dat gesproken wordt
van het verstrekken van nachtlogies als bedrijfz.i. is bij
kamerverhuur geen sprake van een bedrijfsuitoefening. Ook na
de uiteenzetting van de VOORZITTER blijf Ir de. heer Boon scep
tisch tegenover de nieuw geredigeerde bepaling, hetwelk blijkt
uit de woorden: "geef het een advocaat maar eens in handen".
De heer P.A. KROON Szn deelt het inzicht van de VOORZITTER
en ie tevens van mening dat het -gesi£ê)fïleerde gevaar door
de heer Boon geen eigenlijk^eevaar is, omdat altijd de moge
lijkheid blijft bestaan -èa^betreffende bepalingen wederom
te wijzigen indien dit noodzakelijk mocht blijken.
De Raad besluit vervolgens overeenkomstig het voorstel van
burgemeester en wethouders de kampeerverordening te wijzigen.
VI. Voorstel tot vaststelling van enkele nieuwe belastingverorde-
ningen. 1
Krachtens het besluit "Bezettingsmaatregelen11 komen met in
gang van 1 December 1950 te vervallen al die bezettingsmaat
regelen welke zijh vastgesteld door organen, die daartoe
krachtens de Nederlandse Wetgeving, zoals die op 10 Mei 1940
luidde, niet bevoegd waren.
Van de besluiten door de burgemeester, waarnemende de taak var
de raad, in bezettingstijd genomen zijn tot op heden een twee-,
tal belastingverordeningen nog niet herzienj dit zijn de ver
ordening op de heffing van opcenten op de grondbelasting en
de verordening tot vaststelling van het vermenigvuldigings-
cijfer voor de ondernemingsbelasting.
Burgemeester en Wethouders stellen thans voor bovenbedoelde
verordeningen te vervangen door andere waarvan de zakelijke
inhoud gelijk is.
Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voord
stel van Burgemeester en Wethouders besloten.
VII. Verlenen van een garantie ■t.b.v. een bouwspaarder.
Het nu volgende voorstel van burgemeester en wethouders
betreft het verlenen van een garantie voor de tijdége beta
ling van rente en aflossing van een door de N.V. Bouwkas
Noord-Nederlandse Gemeenten %an de inwoner dezer gemeente
D. de Boer verstrekte geldlening t.b.v. de bouw van een wo
ning in het uitbreidingsplan.
Alleen wanneer de gemeente bereid is een dergelijke garantie
te verstrekken wordt aan de bouwspaarders het nodige crediet
verschaft. Aangezien burgemeester en wethouders wat betreft
de soliditeit en solvabiliteit van betrokkene geen bedenkin
gen hebben, wordt voorgesteld de gevraagde garantie te ver-
i lenen.
- .Ljjn
