De heer P.A. KROON Szn brengt naar voren dat hij de ziens
wijze van de heer Bruin volkomen deelt; het ongecontroleerd
toelaten van kamphuizen leidt op de «duur tot allerlei mis
standen. Bovendien is het gevaar niet denkbeeldig dat/de
rust en de sfeer van de Dorpstraat schade wordt gedaan.
De heer C.P. BAKKER daarentegen ie erop tegen alles één,twee
drie te verbieden. De heer P.A. KROON JWzn wijst erop, dat
aan notaris Bijlsma de toezegging is gedaan dat het vroegere
schoolreisjes-verblijf van Volksonderwijs zo spoedig mogelijk
na verkoop zal worden ontruimd; het gevolg is dat weer een
kamphuis in de Dorpstraat-ontstaat. Enerzijds wordt due me
degewerkt tot de totstandkoming van kamphuizen en anderzijds
wordt het verboden.
De heer-P<A< KROON Szn wijst er nog op, dat alle kamphuizen
niet op éen lijn behoeven worden gesteld; veel zal afhangen
van het type gasten die zullen worden geherbergd. Ook de
heer DOEKSEN is een voorstander van het systeem iedere aan
vraag tot bet vestigen van kamphuizen in de Dorpstraat af
zonderlijk te bezien en te beoordelen. De heer KROON JWzn
wijst er op, dat ook de kamphuizen hebben te voldoen aan de
voorschriften daartoé van gemeentewege^git^eveh. De VOOR
ZITTER corrigeert dit laatste inzoverre ae voorschriften
worden uitgeven door de Nederlandse Kampeerraad en niet door
de-gemeente.
Ook de heer BOON blijkt geen voorstander te zijn voor bet
toelaten van Kamphuizen in de Dorpstraat en zou dan ook wil_
len zién dat dit verboden werd.
De heer BAKKER wijst nog op de onbillijkheid dat blijkens de
praktijk door bepaalde verenigingen wel iets te bereiken
valt waar.het betreft het oprichten van vacantieverblijver
buiten het eigenlijke uitbreidingsplan der gemeente (school-
buitenhuis), terwijl voor particulieren iedere poging in die
richting schipbreuk leidt.
Op voorstel van de VOORZITTER wordt besloten de discussie
over dit onderwerp te sluiten, ±KXwi£i met de toezegging
dat in de eerstkomende vergadering burgemeester en wethou
ders met een voorstel terzake zullen komen, waarin êén en
-ander nader zal worden uitgewerkt.
Uitkering 5$ over het tweede kwartaal 1950»
Ingekomen is een schrijven van Z.E. de Heer Minister van 'i
Binnenlandse Zaken d.d. 1 April 1950, nr. 43178/G, afd.A.Z.
Bur. Ill, waarin aan Burgemeester en Wethouders mededeling
wordt gedaan van het voornemen een Koninklijk Besluit uit
te lokken, waarin het besluit van 20 Januari 1950, Staats
blad nr. K 15, van overeenkomstige toepassing wordt ver
klaard voor het tweede kwartaal-1950r_In dit schrijven no
digt Z.E. het College van B. en W„ uit ten aanzien van het
gemeentepersoneel een overeenkomstige voorziening te willen
treffen.
In verband met dit schrijven stellen Burgemeester en Wethou
ders voor om ook thans, evenals voor het eerete kwartaal,
een uitkering van 5# var. de wedde toe te kennen aan het per
soneel in dienst der gemeente (d.i, het personeel met uit
zondering van de burgemeester, secretaris, ontvanger en het
onderwijzend personeel; voor deze personen zal door het daac-
tce bevoegde gezag een dergelijke regeling worden getroffen)^
Zonder hoofdelijke stemming wordt door de Raad overeenkomstig
het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten.